ADE Openingsconcert: SOHN & MO
ADE Openingsconcert: SOHN & Metropole Orkest
Woensdag 16 oktober 2019, Melkweg, Amsterdam
Hans Ek
Hans Ek (geb. 1964 in Upsala, Zweden) is typisch zo’n dirigent die zijn basis heeft in de klassieke muziek, maar permanent de verbinding zoekt met eigentijdse muziekgenres. Hij stond al vaker voor het MO.
SOHN
De artiest van de avond is geboren in Londen als Chris Taylor en in 2012 in Wenen herboren als SOHN. Hij is behalve producer en dj ook singer-songwriter en heeft een melodieus karakteristiek, wat rafelig maar loepzuiver stemgeluid. Prettig om te horen. Zijn stukken geeft hij titels als Bloodflows, Harbour, Oscillate of Hard Liqour, waarvan sommige van zijn laatste album Rennen.
Bronnen:
Websites SOHN, Wikipedia, MO.
Het concert is in opdracht van de platenmaatschappij van SOHN opgenomen.
In de dancescene is alles elektronisch…
Tot het MO een dance artiest begeleidt
Voor het vierde jaar op rij opende het Metropole Orkest officieel het Amsterdam Dance Event (ADE). Het orkest deelde woensdag 16 oktober het podium van de Rabozaal in de Melkweg met singer-songwriter/producer SOHN. De live elektronica en de prachtige stem van SOHN vloeiden samen met het orkestrale geluid van het orkest.
De zaal is vol en ook de vloer tussen podium en tribune staat vol mensen. Dan verschijnen – beetje laat- orkest en artiest op het podium. Uw redacteur zit naast Johnny ten Theije en Theo Soons, hardcore MO fans, die hij december 2017 al eens mocht interviewen (More: 2018#1). Speaker Mariana Sanchotene, de nieuwe voorzitter van het ADE, geeft de microfoon aan minister van Cultuur Ingrid van Engelshoven. In haar openingsspeech zegt zij onder andere: ‘Goede kunst ontroert en trekt dan ineens het kleed onder je vandaan.’ Met die woorden overhandigt de minister het dirigeerstokje aan Hans Ek, en opent ze het concert en daarmee het ADE. Tussen de regels door horen we wel dat ze een fan is van het MO!
Het wonder van de metamorfose van computermuziek naar orkestklanken
In de dancescene is alles elektronica, algoritmen, computertechnologie. Je hoort het gehele concert te gek energieke, harde staccato beats dus je denkt… Maar bij nauwkeurig kijken en luisteren blijken die beats uit het drumstel van MO-drummer Martijn Vink te komen. Subtiel ritmische tokkeltjes en plingeltjes, worden op vibra- en xylofoon gemaakt door slagwerkers Murk Jiskoot en Eddy Koopman. En de strijkers geven de beats een enorme zwieper in dissonant akkoord tonen.
In de scene draait het om BPM en DB’s, maar hier…. Joke Schonewille op de harp spatgelijk met Murk Jiskoot op vibrafoon in gebroken akkoorden, zowaar duidelijk hoorbaar in Tremors. Smeuïge sforzandi uit de trombonesectie in Signals. De stem en de samples van SOHN zijn daar in een perfecte muzikale integratie, fraai in ingebed. Je hoort ongehoorde klankcombinaties. Hoe kan het worden georkestreerd, hoe kan het worden gespeeld?! We denken aan de woorden van de minister… Een feest!
Hulde voor arrangeurs want het is een heel lastige opgave. Veel lastiger dan het arrangeren van een ‘liedje’ met een kleine begeleiding voor een heel orkest, hoewel dat ook op maar weinig manieren goed en op veel manieren fout kan worden gedaan. In het geval van dance moet je een geheel synthetisch , digitaal geluidsbeeld vertalen naar orkestklanken en de energie van het origineel zien te behouden. Daar zijn achtereenvolgens Stefan Berisch, Tom Trapp, Simon Dobson, Hans Ek en Angelo di Loreto in ieder geval absoluut in geslaagd mogen wij vaststellen! Het is zelfs sterker volgens ons.
In het publiek zijn veel fans van SOHN. Dat hoor je wel aan de aaahhs…. en ooohhhs… bij de inzet van bepaalde nummers. Bijvoorbeeld bij Rennen, waar Hans Vroomans op piano de voor de fans overbekende beginmaten speelt. Maar ook het orkest krijgt veelvuldig groot applaus. Vaak opgewekt door soloartiest SOHN, die verklaart: ”The Metropole Orkest is the best orchestra I ever worked with…“ en na een korte pauze waarin je hem hoort denken: nou dat is wel erg cliché, lacht hij en zegt: “and I mean it!”
Degenen die bij een eerdere gelegenheid hier waren – en dat zijn er heel wat schatten wij, zijn inmiddels ook wel fan van het MO, merken wij aan het ovationele slotapplaus. Het zou interessant zijn eens uit te zoeken hoeveel SOHN en hoeveel MO fans er waren (of van beide) en of dit na afloop van het concert is verschoven.
Jos Gunneweg
(Met dank aan: Robert Soomer, Embert-Jan Messelink, Eva Bomans)