Amsterdam Dance Event 2018
In gesprek met twee hoofdrolspelers
Colin Benders en Jeroen Jansen
Colin Benders vierde jarenlang succes onder de naam Kyteman. Met zijn Kyteman Orchestra was hij te zien op alle mooie festivals en toerde hij jarenlang door Nederland en Europa. Sinds 2016 is Colin – nu onder eigen naam – geheel in beslag genomen door zijn modulaire synthesizers. In een telefoongesprek legt hij uit hoe het contact tot stand kwam en vertelt hij over zijn maakproces.
Hoe ben je in aanraking gekomen met modulaire synths?
Ik ben met modulaire synths begonnen toen ik op zoek was naar een andere manier van beats maken. Ik werkte met computers om de beats te maken voor mijn hiphop-orkest maar die manier begon mij steeds meer tegen te staan. In eerste instantie ging ik op zoek naar oude analoge synthesizers, oude bakken. Waar ik tegenaan liep was dat bij veel van die bakken ik altijd maar een paar functies interessant vond. Toen ik Allert Aalders van Sonar Traffic daarover vertelde wees hij mij op modulaire synths. Ik had geen idee wat het was maar het zag er interessant uit. Ik ben er veel te naïef ingedoken en het werd al vrij snel een uitgebreide obsessie. Het beginpunt was de zoektocht naar het vinden van andere geluiden in mijn productieproces en uiteindelijk heeft het mij in de studio gevangen.
In je studio heb je een enorme machine staan, bij live shows is je setup anders. Hoe bepaal je je setup en weet je al wat je voor ADE gaat doen?
In mijn live setup zit alles wat ik denk nodig te kunnen hebben. Het systeem is opgedeeld in een aantal verschillende stemmen waar ik partijen door kan laten spelen, een drumsectie en effecten om te bespelen. In de studio heb ik meer precisietools om dieper in klankmanipulatie te duiken. Voor ADE denk ik eigenlijk dat ik het hele systeem nodig ga hebben omdat we daar behoorlijk diep willen gaan. Voordat het zover is gaat mijn machine ook nog wel groeien, met elke uitbreiding kan het systeem dingen die ik daarvoor niet kon maken. Ik ben niet zo goed in mijzelf remmen wat dit soort dingen betreft dus waar het stopt weet ik niet. Maar wat voorop staat is dat ik het gewoon fijn vindt een instrument in of onder mijn handen te hebben, niet alleen een muis of toetsenbord. De scheidslijn tussen programmeren en musiceren werd met de computer voor mij te vaag.
Je hebt natuurlijk ook lange tijd een traditioneel instrument bespeelt, de trompet.
Het was niet zo dat ik mij beperkte voelde op trompet maar mijn interesse verschoof. Ik speelde lange tijd een stem in het grotere geheel en merkte, vooral door het orkest, dat mijn focus ook verschoof naar de gehele compositie, de dynamiek en het samenspel met anderen. Die schaal is anders, het was een natuurlijk proces waarbij de trompet steeds verder op de achtergrond verdween.
Hoe ziet het plan van aanpak voor de samenwerking met het MO eruit?
We hebben besproken een doorlopende compositie te maken waarbij ‘episch’ het toverwoord is. We hebben al veel stemmen in de synthesizer en een geweldig orkest om mee te spelen. Het idee is dat we best veel uit gaan schrijven. Mijn achtergrond is veel meer improvisatie maar het voor deze uitvoering gaan we echt voor de verfijning. De uitdaging wordt om de twee werelden bij elkaar te brengen en goed samen te laten klinken. Als dat lukt wordt het waanzinnig. Er is absoluut een ‘margin of error’, maar dat maakt het op de goede manier spannend. Voor nu ligt het eigenlijk allemaal nog open. De basisideeën zijn er maar ik waak ervoor nu al teveel bezig te zijn met het eindresultaat. Dat werkt beperkend in het proces.
Hoe werkt dat dan in de praktijk, je gaf aan toch strak te willen schrijven maar wil wel die openheid behouden?
Ik zie een compositie als een schematische uitleg van een idee. Uiteindelijk staat niet de compositie maar de uitvoering centraal. Als er tijdens het repetitieproces dingen beter blijken te kunnen dan moet die ruimte er zijn. Ik maak me geen zorgen over veranderingen die vlak voor het daadwerkelijke optreden nog moeten plaatsvinden. Dat zijn slechts praktische problemen. De mensen die betrokken zijn bij dit project zijn capabel genoeg om die te helpen oplossen.
Begin 2017 zei je in een interview met 3voor12 ‘Terug naar geschreven muziek of een ander orkestproject is geen optie’. Wat is er verandert?
Gek genoeg klopt dat nog steeds wel. Ik had er jaren opzitten in die wereld en was net vol aan het improviseren geslagen met de modulaire synth dus ik kon mij op dat moment niet voorstellen dat ik het interessant genoeg zou vinden. Toen was ik vooral bezig met ontdekken en het proces terwijl ik nu nieuwsgierig ben naar verbreding. Ik spreek in absolute waarheden totdat ze niet meer waar zijn.
Ik begreep dat jij en Jules hebben eerder gesproken over samenwerken, in welke hoedanigheid was dat?
De eerste keer dat ik Jules sprak kwam hij langs om te vragen of ik mee wilde doen in een ander Metropole-project. Een stukje trompet spelen in een programma met meer andere artiesten. Hij gaf eigenlijk direct aan dat hij het veel geschikter zou vinden als ik niet zou meewerken maar we een samenwerking zouden aangaan als het voor beide partijen artistiek interessant zou zijn. Hij was dus eigenlijk gestuurd mij over te halen maar in plaats daarvan hebben we de hele avond gewoon over muziek gepraat.
Hoe kunnen we jouw muziek duiden?
Binnen de context van dit project moeten mensen zich denk ik een meer klassieke vorm van electronica voorstellen. Het wordt geen dance met een orkest. We grijpen terug naar een jaren-80 aanpak van gebruik van synthesizers. De muziek die ik voor ogen heb is melodisch orkestraal, luistermuziek.
Jeroen Jansen, creative partner van Fourmation, over het concept ‘The Global Revolution of Dance’. Als een van de bedenkers van de show die het Metropole Orkest met Hardwell gaat opvoeren de juiste persoon om uit te wijden over de totstandkoming.
Wanneer ontstond het idee voor dit event en hoe kwam het vervolgens tot stand?
Met het mainstream worden van de dance industrie in Nederland en de verzadiging in de markt is er weinig drive voor en ruimte tot innovatie en creativiteit. Doordat de druk substantieel is en de artiesten fees hoog is het conceptueel en visueel veel eenheidsworst. Binnen ID&T was ik samen met ex-business partner en industrie-visionair Duncan Stutterheim, in de tijd dat we nog spannende concepten lanceerden, verantwoordelijk voor deze kant van ons bedrijf. Met hem ben ik nog steeds vaak creatief aan het sparren en zo ontstond een ‘storytelling’ idee voor een DJ in samenwerking met het Metropole. Die basis is niet nieuw, maar het verhaal dat we gaan vertellen plus het visuele aspect wel.
Dance music heeft de afgelopen jaren een enorme ontwikkeling doorgemaakt. Door de muzikale koppeling tussen DJ en het orkest te maken laat je zien hoe groot die muzikale veelzijdigheid is. Niet alleen de DJ of het orkest, maar juist ook van de muziek. Hoe tijdloos sommige stukken zijn en hoeveel inspiratie het door de jaren heen gebracht heeft.
Waarom de match Hardwell en Metropole Orkest?
Toeval bestaat niet. De match van Hardwell en het Metropole komt voort vanuit de conceptuele basis. Ons verhaal draait om de dance-cultuur en haar ‘global’ revolutie van de afgelopen 30 jaar. Hardwell (in 2013 en 14 gekroond tot nummer 1 DJ van de wereld) is met zijn 30 jaar de perfecte brug tussen de oudere generatie en de nieuwe generatie artiesten. Hij kan die vertaalslag van de muzikale reis die we gaan bewandelen goed maken. Daar kwam bij dat hij een maand geleden ook nog eens een gloednieuwe track gereleased heeft die samen met het Metropole Orkest is gemaakt.
Waarom is gekozen voor een all-ages concept (ongewoon bij grote dance events)?
Hardwell heeft eerder bewezen dat hij suggestvolle all-ages concerten neer kan zetten. De jongere generatie gaat ook heel graag naar optredens van hun idolen, maar krijgen daar gewoon minder gelegenheid toe. De Ziggo Dome is door de indeling wel geschikt om ook jongere fans te faciliteren. Daarbij denken wij dat het heel leuk voor zowel jong als oud door de reis die we maken langs die muziekgeschiedenis.
Wie stelt de playlist samen?
Hoe wordt het muzikaal-artistieke gedeelte vormgegeven? De playlist zal worden samengesteld door Hardwell in samenspraak met mijzelf en Robert Soomer van het MO. We praten al een tijdje over welke tracks onze voorkeur hebben. Daaruit is een lange lijst met waanzinnige tracks gekomen, maar we proberen ook een voorkeur te selecteren van tracks die voor het orkest een uitdaging zijn om te spelen en een symfonisch meer gelaagde basis hebben. De arrangeurs gaan daar ook nog hun eigen interpretatie op geven.
Hoe wordt ervoor gezorgd dat het orkestrale element straks goed doorklinkt in de grote Ziggo Dome?
De Ziggo Dome is akoestisch zo sterk ontwikkeld. Daar hoeven wij eigenlijk geen extra maatregelen voor te nemen. Uiteraard proberen we zo nu en dan ook het intieme gevoel van Het Concertgebouw neer te zetten. Muziek moet je voelen tot in je ziel, dus dat is ons streven.
Normaal passen en 17.000 mensen in de hal, hoeveel zijn dat er voor deze show?
We zitten op dit moment nog midden in de ontwerpfase van het stage en setdesign. Doordat wij een spectaculaire show gaan neerzetten die wat meer ruimte inneemt dat een reguliere show zal dat wat ruimte kosten op de tribunes. Echter gaan we uit van een uitverkocht scenario met alsnog tegen de 16 of zelfs 17.000 bezoekers aan.
Hoe wordt de muzikale reis visueel gemaakt door decor, lichtshow e.d.?
We proberen niet alleen muzikaal, maar ook visueel de reis door de geschiedenis van de dance music weer te geven. Hoe het definitieve ontwerp eruit komt te zien is natuurlijk een verrassing, maar de belangrijke elementen en plekken uit de geschiedenis van de dance komen zeker aan bod en zowel DJ als orkest moeten volledig geïntegreerd zijn en het publiek het gevoel geven onderdeel van het geheel te zijn.
Hoe verwachten jullie dat de publiekssamenstelling zal zijn?
Wij denken dat het een mooie mix zal zijn van Hardwell fans (zowel jong en oud) als algemene muziek liefhebbers. Met ADE zijn er ruim 500.000 dance liefhebbers uit heel de wereld in Amsterdam, dus ik verwacht zeker ook dat een deel van hen naar de Ziggo Dome zal komen.
Waarom zouden Vrienden van het Metropole Orkest dit moeten willen meemaken?
Ik denk dat de combinatie van dance music van Hardwell en de krachtige live muziek van het orkest elkaar zo enorm gaan versterken dat het echt een waanzinnig geluid gaat geven. En dan heb ik het nog niet eens over het visuele aspect van de show.
Jolien Plat
Juli 2018 ( MOre: jaargang 4, editie 3)